Middelen tegen diarree

Diarree wordt gekenmerkt door een toegenomen frequentie van de stoelgang en door een dunne, waterige ontlasting. In ons land wordt verreweg het grootste deel van de gevallen van diarree veroorzaakt door virusinfecties van het maagdarmkanaal. Betrekkelijk zelden is de aanstichter van het kwaad een bacterie of een door bacteriën gevormde giftige stof. Bij reizen naar het buitenland ligt dat anders. Dan is er vaak een bacterie in het spel. Behandeling met antibiotica kan in ernstige gevallen noodzakelijk zijn. Een goede voedselhygiëne (geen water uit de kraan, geen ijs van de venter, alleen gekookte groente enzovoorts) kan veel narigheid voorkomen. Deze vormen van diarree duren meestal slechts kort en genezen doorgaans spontaan met het houden van dieet.

Veel drinken (thee, appelsap en bosbessensap) is zeer belangrijk vanwege het grote vochtverlies waarmee diarree gepaard gaat. Wordt het verloren vocht niet voldoende aangevuld, dan kan vooral bij zuigelingen en bejaarden snel uitdroging optreden. Ziekenhuisopname en vocht toediening per infuus kunnen dan noodzakelijk zijn. Na een of twee dagen zonder voedsel houdt de diarree op en kan het menu geleidelijk met geraspte appels, beschuit en droge rijst worden uitgebreid. Wanneer de diarree op deze wijze niet in vijf tot zeven dagen overgaat, dan is het nodig een arts te raadplegen. De oorzaak van de diarree
moet dan worden opgespoord. Gebruik van clioquinol-bevattende middelen (Entero-Vioform en Mexaform) is niet zinvol en zeker bij langdurig gebruik gevaarlijk: ze-nuwbeschadiging en oogafwijkingen kunnen ontstaan. Oorzaken van veel langer durende diarree zijn onder meer misbruik van laxeermiddelen, ontstekingen of zweren van de darmen, overgevoeligheid voor bepaalde voedselbestanddelen, verhoogde schildklierwerkzaamheid, alvleesklierafwijkingen, worminfecties en gebruik van antibiotica (door verstoring van de darmflora). Bij deze vormen van diarree is de behandeling in de eerste plaats gericht op het opheffen van de oorzaak. Middelen tegen diarree hebben hierbij echter vaak een belangrijke ondersteunende taak.

Diarree kan worden bestreden met middelen waarvan wordt gezegd dat ze ‘giftige stoffen aan zich binden’ (ad-sorbentia) of ‘de darmwand beschermen’ (adstringentia). In feite weet men niet hoe deze stoffen werken, maar voor lichtere vormen van diarree voldoen ze goed tot redelijk. Het meest gebruikte adsorberende middel is ‘kool’ (Norit). De werkzaamheid bij diarree is onzeker en is in elk geval niet groot. Gebruik ervan kan echter geen kwaad, zelfs niet in grote hoeveelheden. Het wordt ook bij vergiftigingen gebruikt om het vergif te binden. Evenzo echter kan het bij gebruik tegen diarree de opname in het bloed van andere geneesmiddelen (bijvoorbeeld ‘de pil’) verhinderen. Adstringentia zijn tannalbumine en aluminium en bismutverbindingen. Tannalbumine (Stoptabletten Daro, Tannalbin, Tendosimol en Entosorbine) is een van tannine afgeleide verbinding. Dit tannine komt ook in thee en bosbessensap voor. De aluminium en bismutverbindingen zijn de belangrijkste bestanddelen van Trisibam. Veel werkzamer dan de vorige groepen middelen zijn de stoffen die de darmbewegingen vertragen. Hierdoor krijgen de darmen meer tijd om vocht aan de voedselbrij te onttrekken, waardoor de ontlasting steviger wordt. Door vertraging van de voortstuwing wordt de stoelgang minder veelvuldig. Opium wordt reeds eeuwenlang tegen diarree gebruikt vanwege de vertragende invloed op de darmbewegingen. Het wordt meestal voorgeschreven als Aromatische Opium-tinctuur FNA, ook wel Laudanum (Sydenhami) genoemd. Deze tinctuur werkt zeer snel en goed. Vanwege de verslavende werking van opium is men in het voorschrijven hiervan zeer terughoudend.

Bijwerkingen kunnen zijn misselijkheid, duizeligheid, sufheid en bij langerdurend gebruik afhankelijkheid. Deze bijwerkingen treden minder snel op bij gebruik van codeïne, een bestanddeel van opium. De werking van slaapmiddelen, kalmerende middelen en dergelijke wordt door deze stoffen versterkt. Van opium afgeleide stoffen zijn difenoxy-laat (in Reasec) en loperamide (Imodium). Ze geven veel minder respectievelijk in het geheel geen aanleiding tot afhankelijkheid en zijn zeer werkzaam. Bijwerkingen treden zelden op, maar huidreacties, sufheid, duizeligheid, misselijkheid en buikpijn kunnen voorkomen.

Bij krampende diarree kan soms in plaats van de bovenvermelde stoffen middelen worden gebruikt die direct of via het onwillekeurige zenuwstelsel de krampen tegengaan. Mebeverine (Duspatal), pinaverium (Dicetel) en papaverine hebben een directe werking op de darmspieren. Atropine, propantheline (Pro-Banthine) en dergelijke stoffen werken via het onwillekeurige zenuwstelsel. De toepassing van middelen tegen bacteriën komt uitsluitend in aanmerking indien is aangetoond dat een bacterie de oorzaak is en tevens wélke bacterie de boosdoender is.


Relevante artikelen

Nog geen reacties geplaatst, wees de eerste.



Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

MEDISCH VOORBEHOUD

De informatie op Menselijk Lichaam is géén medisch advies. Neem bij twijfel over gezondheid, behandeling of medicijnen altijd contact op met een arts, specialist of apotheker.

Meer informatie

Meld je aan voor de nieuwsbrief

Met het laatste nieuws en gezonde tips