Angst voor (nare) geurtjes

Vrijwel iedereen krijgt weleens te maken met klotsende oksels, bijvoorbeeld omdat het hartje zomer is of simpelweg omdat er hard gewerkt moet worden. Zweten is heel normaal en hoort bij het ‘mens zijn’, maar toch zijn er mensen die een fobie hebben voor teveel zweten. Dit wordt ook wel zweetangst of zweetfobie genoemd. Er zijn nog andere vormen van angst voor nare geurtjes, zoals bromidrosifobie, osmofobie en autodysomofobie. In dit artikel lees je er alles over!

Zweetangst (bromidrosifobie)

Mensen die leiden aan zweetangst, zijn bang om (in het bijzijn van andere personen) hevig te gaan transpireren, met als gevolg een nare eigen lichaamsgeur. Dit wordt ook wel bromidrosifobie genoemd. Het gaat hier om een sociale angst die gebaseerd is op een gevoel van schaamte. Dit kan zelfs leiden tot een dwangstoornis, bijvoorbeeld het continu controleren van de eigen lichaamsgeur. Een fles deodorant of parfum is bij mensen die leiden aan zweetangst dan ook nooit ver weg.

Autodysomofobie

Deze fobie vertoont sterke gelijkenissen met bromidrosifobie. Iemand met autodysomofobie is continu bezig met zijn of haar eigen lichaamsgeur – of eigenlijk het neutraliseren daarvan. Angst voor een nare transpiratiegeur of andere lichaamseigen geuren leidt ertoe dat extreme hygiënische maatregelen in acht worden genoemen. Maatregelen die lang niet altijd goed zijn voor de gezondheid, omdat ze in extreme mate worden toegepast. Ook antisociaal gedrag en paniekaanvallen kunnen kenmerkend zijn voor deze fobie.

Osmofobie

Iemand die osmofobie heeft, is psychisch overgevoelig of bang voor heftige geuren, in de angst dat deze leiden tot het optreden van lichamelijke klachten. Zo leggen veel patiënten een verband tussen een nare geur en het krijgen van een migraineaanval. Nu kan het inderdaad zo zijn dat bijvoorbeeld migraine wordt veroorzaakt door een bepaalde stof in de lucht – met bijbehorende geur. Iemand met osmofobie zal geneigd zijn om situaties waarin hij of zij blootgesteld kan worden, te vermijden.

Behandeling

Traumatische ervaringen uit het verleden of vervelende sociale confrontaties, zoals pestgedrag, kunnen aanleiding zijn tot de ontwikkeling fobieën die met geurtjes te maken hebben. Vaak gaat het om een sociaal probleem waarbij schaamte een rol speelt. Een gedragstherapeut of psycholoog kan helpen de fobie te behandelen. In Nederland zijn er veel mensen die in meer of mindere mate last hebben van ‘geurtjesangst’. Heeft u hier ook last van, dan is de eerste stap een relatief lage drempel: neem contact op met uw huisarts. Hij (of zij) kan u tips geven om nare geurtjes te voorkomen en kan u indien nodig doorverwijzen naar een specialist.