Waarom verlicht een aspirientje

De manier waarop een pijnprikkel vervoerd wordt en uiteindelijk in de hersenen aankomt kunt u lezen in het artikel over de hersenen. In de hersenen wordt de pijn geregistreerd en als de pijn prikkel hier niet kan aankomen wordt er geen pijn waargenomen, ook al is de pijnprikkel zelf nog zo sterk.

De prikkelgeleiding kan op allerlei plaatsen onderbroken worden: Op de plaats waar de pijnprikkel vandaan komt, bij het ruggenmerg en in de hersenen. Bij algehele narcose kan er door de bewusteloosheid helemaal geen sprake zijn van pijngewaarwording. De meeste pijnstillers hebben hun aangrijpingspunt ook in de hersenen. De bekendste en ook langst bekende pijnstiller is aspirine. Hij vermindert niet alleen de pijn, maar werkt tevens ontstekingsremmend en verlaagt in geval van koorts meestal ook de temperatuur. Een ontsteking veroorzaakt altijd pijn en als aspirine in staat is om de ontstekingsverschijnselen te remmen, werkt dit alleen al pijnstillend.

Aspirines zijn de veiligste pijnstillers, omdat ze al zo lang bekend zijn en omdat mogelijke bijwerkingen niet al te schadelijk gebleken zijn. Ze hebben hun waarde bewezen en dat kan nog niet van alle nieuwe pijnstillers gezegd worden. Aspirines hebben eigenlijk maar twee belangrijke bijwerkingen. Ze zijn irritant voor het maagslijmvlies en mensen die anti-stollingstabletten slikken, mogen geen aspirines gebruiken. Bij andere mensen zijn ze, als de maximale dosering niet overschreden wordt, redelijk veilig.

Dat aspirines niet in de maag, maar op alle andere plaatsen van het lichaam werken, komt omdat ze door het bloed worden opgenomen en dan naar alle delen van het lichaam vervoerd kunnen worden. Aspirines behoren tot de groep van de zogenaamde kleine pijnstillers. Ze kunnen bij lichte tot middelzware pijn gebruikt worden en het liefst maar gedurende korte tijd.

Tot deze groep behoren ook paracetamol, fenacetine en glafenine, die op zichzelf ook weinig bijwerkingen hebben. In tegenstelling tot aspirines hebben ze echter geen ontstekingsremmend effect. Mensen die vele jaren lang grote hoeveelheden fenacetine geslikt hebben, kunnen later ernstige nierafwijkingen krijgen. APC-tabletten bevatten naast aspirine en coffeïne, ook fenacetine. In het algemeen is het aan te bevelen om zo weinig mogelijk combinaties van pijnstillers te gebruiken, omdat de kans op bijwerkingen hierbij veel groter wordt dan bij het gebruik van slechts één medicijn.

De zogenaamde grote pijnstillers worden alleen voorgeschreven bij acute hevige pijnen en bij chronische hevige pijn van patiënten voor wie de laatste dagen in zicht zijn. Tot deze groep behoren morfine en hiervan afgeleide of hierop gelijkende stoffen.