Hersenkamers

Diep binnenin de hersenen (cerebrum) bevinden zich in het zogenaamde ventrikelsysteem meerdere met elkaar in verbinding staande kamers, waarin een heldere vloeistof, het hersenvocht (liquor cerebrospinalis), circuleert en ook geproduceerd wordt. Het wordt ook zenuwvocht of ruggenmergvloeistof genoemd. De hersenkamers worden ook ventrikels genoemd. In elke hersenhelft (hemisfeer) ligt een zijventrikel. Het bestaat uit een voorhoorn (cornu anterius) in de hersenkwab, een centraal deel (pars centralis) in de voorhoofd- en schedelkwab, een achterhoorn (cornu posterius) en een onderhoorn (cornu inferius) in de slaapbeenkwab.

Hersenkamers

In elk zijventrikel en in een derde ventrikel (tussenhersenen) en vierde ventrikel (onder de kleine hersenen) ligt een vlechtwerk van capillairen. Hier (in de plexus chorioideus) wordt het hersenvocht geproduceerd. Door diffusie en actief transport komt het in de ventrikels terecht. Vanuit de zijventrikels bereikt het vocht het derde ventrikel, dat tussen de wanden van de linker en rechter tussenhersenen (diencephalon) ligt. Vervolgens komt het via een in de middenhersenen (mesencephalon) liggend kanaal (aqueductus cerebri) bij het vierde ventrikel terecht. Hier mondt die met drie openingen in de buitenste vochtruimten (subarachnoidale ruimte) uit.

Het hersenvocht vult dus de holle ruimten van de hersenen (cerebrum) en ook het centrale kanaal van het ruggenmerg (medulla spinalis). Wanneer men met het hoofd tegen een muur stoot, krijgt men weliswaar een buil, maar de hersenen stoten niet meteen tegen een schedelbeen, maar liggen veilig in het hersenvocht, dat de botsing opvangt.